Op het dagelijks sociaal-maatschappelijk inloopspreekuur bij het Amsterdamse vriendschapshuis Assadaaka Community in de Wethouder Verheijhal komt een oudere mevrouw die al tijden de deur nauwelijks uitkomt. Ze is na een val slecht ter been geworden en heeft eigenlijk hulp nodig bij haar dagelijkse boodschappen. Ze eet steeds minder gezond en slaapt inmiddels ook slecht. Zonder naaste familie in de buurt voelt zij zich eenzaam. Bij Assadaaka vond zij een thuis en werd zij snel geholpen met haar aanvraag van huishoudelijke hulp en een scootmobiel bij de gemeente. Door deze hulp kan zij weer beter voor haarzelf zorgen, komt zij meer buiten de deur en kan ze weer beter meedoen: ‘’de voorzieningen zijn er, maar zoals meer kwetsbare, eenzame bewoners wist deze mevrouw niet welke mogelijkheden er zijn’’.
Deze ervaringen zijn niet uniek. De weg naar zorg en ondersteuning via de gemeente is vaker niet bekend. Met name voor de groep mensen die dit het hardste nodig heeft. Vooral onder zogenoemde ‘’risicogroepen’’ is de kans groot dat de toegang naar zorg en hulp onvoldoende bekend is of versperd wordt door andere obstakels, zoals laaggeletterdheid en stigmatisering. Deze risicogroepen hebben ook vaak andere problemen, als eenzaamheid, armoede, werkeloosheid en een slechte gezondheid.
Waar deze groep Amsterdammers de weg naar de gemeente onvoldoende weet te vinden of gebruiken, weten zij de weg naar informele hulp en ondersteuning bij vrijwilligersorganisaties als Assadaaka vaak wel te vinden. Onze vrijwilligersorganisaties in Amsterdam-Oost zijn de ogen en oren in de buurt; en soms ook de enige toegang naar hulp. Deze organisaties kunnen echter niet in alle behoeften van deze groep Amsterdammers voorzien.
Ik heb het dagelijks bestuur van Amsterdam-Oost dan ook opgeroepen de samenwerking op te zoeken met deze vrijwilligersorganisaties om zo de meest kwetsbare inwoners op nieuwe manieren te bereiken en helpen, zodat ook zij weer mee kunnen doen in onze stad.